Terug naar vorige
De Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024 is in het Staatsblad geplaatst. Door deze wet komen aan derden verhuurde onroerende zaken met ingang van 1 januari 2024 niet meer in aanmerking voor de bedrijfsopvolgingsregelingen en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang. Aan derden verhuurde onroerende zaken worden voortaan aangemerkt als beleggingsvermogen.
De wet brengt daarnaast de volgende wijzigingen in deze regelingen aan per 1 januari 2025.
De vrijstelling van 100% van de schenk- en erfbelasting bij een bedrijfsopvolging geldt tot een goingconcernwaarde van de onderneming van € 1,5 miljoen. De gedeeltelijke vrijstelling voor het meerdere ondernemingsvermogen daalt van 83 naar 70%.
De 5%-doelmatigheidsmarge, waardoor een deel van het beleggingsvermogen als ondernemingsvermogen wordt beschouwd, vervalt.
Bedrijfsmiddelen, die zowel privé als zakelijk worden gebruikt, kwalificeren slechts voor de regelingen voor zover deze in de onderneming worden gebruikt. Dat geldt voor bedrijfsmiddelen met een waarde in het economische verkeer van minimaal € 100.000 op het moment van de verkrijging en een niet-zakelijk gebruik van meer dan 10%.
De dienstbetrekkingseis in de doorschuifregeling aanmerkelijk belang vervalt.
Er wordt een minimumleeftijd van 21 jaar ingevoerd voor de verkrijger bij schenking van een aanmerkelijk belang.