Terug naar vorige
De Tweede Kamer heeft een aantal moties aangenomen die betrekking hebben op de herziening van het stelsel van belastingheffing in box 3 van de inkomstenbelasting.
Terug naar vorige
De Tweede Kamer heeft een aantal moties aangenomen die betrekking hebben op de herziening van het stelsel van belastingheffing in box 3 van de inkomstenbelasting.
Het kabinet wil die heffing de vorm geven van een vermogensaanwasbelasting.
Een van de moties vraagt de regering om in kaart te brengen welke opties er zijn om liquiditeitsproblemen te voorkomen. In een vermogensaanwasbelasting vindt belastingheffing plaats over ongerealiseerde waardeontwikkeling. Dat kan leiden tot situaties waarin burgers over onvoldoende liquide middelen beschikken om de belasting te betalen.
In een van de andere moties wordt de regering verzocht om de Kamer dit najaar te informeren over mogelijkheden om het rendement op vastgoed mee te nemen vanaf de start van het nieuwe stelsel en ervoor te zorgen dat de belasting op deze categorie vermogen niet lager is dan de belasting op andere categorieën.
De Tweede Kamer verzoekt de regering verder om bij de verdere uitwerking van de vermogensbelasting op basis van werkelijk rendement uit te gaan van de werkelijke waarde van vastgoed, bijvoorbeeld op basis van de WOZ-waarde.
De Kamer wil dat de regering in kaart brengt hoe verschillende vormen van vermogen, bijvoorbeeld vermogen in box 2 of in box 3, belast worden. De Kamer wil van de regering weten hoe in het huidige stelsel arbitragemogelijkheden verkleind kunnen worden en hoe deze in het toekomstige stelsel zo klein mogelijk gehouden kunnen worden.