Accountantskantoor Timmer

Kamervragen eenverdieners en middeninkomens

HomeAccountancy NieuwsKamervragen eenverdieners en middeninkomens

Terug naar vorige

De minister van SZW en de staatssecretaris van Financiën hebben Kamervragen beantwoord over eenverdieners en middeninkomens. De vragen zijn gesteld naar aanleiding van een tijdschriftartikel. Daarin wordt gesteld dat een eenverdiener vaak minder overhoudt dan een bijstandsgerechtigde. De bewindslieden verwijzen naar de koopkrachtberekeningen van het CPB. Daaruit blijkt dat het besteedbaar inkomen van de alleenverdiener is achtergebleven. Dit komt mede door belastingmaatregelen om de arbeidsparticipatie te bevorderen. Dat doel geldt nog steeds, al erkennen de bewindslieden dat dit heeft geleid tot een hogere lastendruk voor alleenverdieners.

Om de arbeidsparticipatie van niet-werkende partners te bevorderen is de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting afgeschaft. Verder is de arbeidskorting vooral voor lagere inkomens fors verhoogd. Deze maatregelen hebben tot gevolg dat alleenverdieners netto minder overhouden dan tweeverdieners met hetzelfde bruto inkomen. Als alleenverdieners minder overhouden is dat een ongewenste uitkomst. Voor deze situatie wordt gezocht naar oplossingen. De bewindslieden wijzen erop dat de niet-werkende partner een zeer lage marginale druk heeft en dus veel overhoudt van het inkomen, mocht hij of zij gaan werken.

De commissie draagkracht vindt het vergelijken van een alleenverdiener en tweeverdieners met een gelijk bruto inkomen overigens niet representatief.

Het kabinet doet onderzoek naar vereenvoudiging van het belastingen- en toeslagenstelsel. De resultaten van dit onderzoek worden nog voor de zomer naar de Tweede Kamer gestuurd. Na de zomer komt het kabinet met concrete voorstellen voor de aanpak van fiscale regelingen. Daarnaast loopt een evaluatie van de heffingskortingen en de tariefstructuur. De resultaten van deze evaluatie worden begin volgend jaar verwacht. Het kabinet wil het toeslagenstelsel afschaffen.

Anders dan de vragensteller meent, is het koopkrachtpakket voor 2023 gericht op huishoudens net boven het sociaal minimum en de middengroepen. Structureel herstel van de koopkracht zal moeten komen uit een stijging van de lonen en uit verduurzaming.

Op Prinsjesdag worden de Eerste en de Tweede Kamer over de koopkrachtmaatregelen van 2024 geïnformeerd.